top of page

Het gras van het Noorderplantsoen

  • Foto van schrijver: Froukje Jackson
    Froukje Jackson
  • 5 apr
  • 2 minuten om te lezen

Finland, Portugal, Slovenië. Kleurrijke folders liggen op tafel. Arie zit ernaast met zijn notitieblok, driftig aantekeningen makend. Hij kan niet wachten om hun camperbusje weer uit te stalling te halen en nieuwe, verre oorden te verkennen. De afgelopen decennia konden ze door allerlei omstandigheden niet ver weg, en nu Tjitske straks met pensioen gaat, ligt de wereld aan hun voeten. Tjitske zelf is minder enthousiast. Zij zit op een afstandje en bekijkt Arie en zijn schrijfsels peinzend.


‘Het is niet dat ik niet met hem op pad wil’, zegt ze later in de sessie tegen mij, ‘Dat wil ik juist heel graag. Maar iets houdt me tegen. Ik vind het gewoon niet fijn om lang van huis te gaan. Een beetje zoals die jongen zingt in dat liedje ‘het gras van het Noorderplantsoen’. Als ik lang wegga, ben ik bang dat ik niet terug zal komen. Ik schaam me er op mijn leeftijd een beetje voor. Met mijn hoofd wéét ik natuurlijk dat dit niet klopt, maar dit gevoel zit zo diep in mij verankerd. Ik kan er niet omheen.


Met het gevoel als uitgangspunt gaan we op zoek. Wanneer komt het voor? Wat merkt ze in haar lijf? Waar is dit gevoel geboren? Er komt steeds meer informatie op tafel. Vader was vrachtwagenchauffeur in Europa en veel op pad. Moeder had willen studeren, maar dit mocht niet van haar ouders, waardoor ze haar zinnen op een carrière had gezet en ook veel van huis was. Het volgen van deze emoties brengt Tjitske naar een beeld van haar vijfjarige zelf in het ouderlijk huis, van kamer naar kamer wandelend, speurend of er iemand thuis is.


In de spreekkamer doet ze haar ogen dicht, een traan rolt langzaam over haar wang. ‘Ik voelde me zo eenzaam’, zegt ze. ‘En ik realiseer mij ineens wat er rond die tijd gebeurde. Mijn ouders hadden een huis gekocht in een naburig dorp en daar moest nog geklust worden, terwijl wij ons eigen huis al uit moesten. Ze besloten om twee weken met ons naar Spanje te gaan, om de tijd te overbruggen, maar vonden mij te jong om het uit te leggen. Toen we terugkwamen, gingen we in het nieuwe huis wonen. Ik heb het oude huis nooit teruggezien’.


De eenzame traan op haar wang is een klein riviertje geworden. Zo veel verdriet. Met moeite brengt Tjitske uit: ‘Opeens valt alles op z’n plek. Het oeroude gevoel in mijn lijf heeft het altijd bij het rechte eind gehad. Want bij die plotselinge verhuizing heb ik geleerd: ‘als je ver weggaat, komt je niet meer thuis’.

Froukje Jackson-© Marleen Annema-0314.jpg

Meer informatie of samenwerken?

Ik kom graag met je in contact.

Froukje Jackson, GZ-psycholoog

bottom of page